Zorgaanbieders die zorg leveren op basis van de Wet langdurige zorg (Wlz) zijn verplicht om een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) te hebben van alle personen die beroepsmatig in contact komen met cliënten. De gehandicaptenzorg verleent ook zorg op basis van de Wlz. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd houdt in de zomer van 2024 extra toezicht op de VOG-verplichting in de gehandicaptenzorg.
Zorgverleners en medewerkers in de gehandicaptenzorg werken met kwetsbare cliënten. De zorgaanbieder moet de veiligheid van deze cliënten zo veel mogelijk beschermen. Een VOG helpt de zorgaanbieder om te bepalen of een nieuwe medewerker een risico vormt voor de veiligheid van de cliënten. Instellingen die Wlz-zorg leveren in de gehandicaptenzorg zijn verplicht om in het bezit te zijn van VOG’s van hun medewerkers en deze te controleren.
Wat is een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG)?
Een VOG is een verklaring waaruit blijkt dat uw (justitiële) verleden geen bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke taak of functie in de samenleving. Bij de beoordeling van een VOG-aanvraag kijkt Justis of u strafbare feiten op uw naam heeft staan die een risico vormen voor de functie of het doel waarvoor u de VOG aanvraagt.
Sommige strafbare feiten vormen een bezwaar voor de ene baan of stage, maar voor de andere niet.
Geen VOG of een valse VOG

In 2023 was het toezicht op de VOG’s vaak een onderdeel van het toezicht op de gehandicaptenzorg. De inspectie controleerde op basis van steekproeven of een zorgaanbieder voor zorgverleners een VOG heeft. Van de 114 bezoeken aan zorginstellingen in de gehandicaptenzorg in 2023 had 17% van de zorginstellingen de VOG-verplichting niet op orde. Dit percentage is mogelijk hoger omdat de controle steeksproefsgewijs plaatsvond. De zorgaanbieders ontvingen hiervoor een schriftelijke waarschuwing.
De inspectie ziet ook steeds vaker vervalste VOG’s tijdens het toezicht en krijgt hier ook meldingen over. Het is dan ook belangrijk dat zorgaanbieders de VOG’s die zij ontvangen controleren op echtheid. De inspectie hoopt met het extra toezicht op VOG’s in de gehandicaptenzorg ook inzicht te krijgen waarom sommige zorgorganisaties de VOG’s van hun medewerkers niet op orde hebben en hoe vaak zorgorganisaties VOG’s controleren op echtheid.
Van welke medewerkers moet een instelling een geldige VOG hebben?
- Zorgverleners en andere medewerkers
Instellingen die Wlz-zorg leveren moeten een VOG bezitten van elke zorgverlener die zorg verleent aan hun cliënten. Maar ook van elke andere persoon die beroepsmatig met de cliënten in contact komt. Denk bijvoorbeeld aan: schoonmakers, facilitair medewerkers of chauffeurs.
- Zzp’ers en uitzendkrachten
Een instelling voor Wlz-zorg moet een geldige VOG hebben van elke zzp’er en uitzendkracht die werkt met cliënten binnen deze instelling. Ook als de zzp’er is ingehuurd via een detacheringsbureau.
- Vrijwilligers en stagiaires
In de toelichting bij de wet staat dat instellingen niet verplicht zijn om een VOG te hebben voor stagiaires en vrijwilligers. Vrijwilligers en stagiairs komen afhankelijk van hun inzet wel een op een in contact met cliënten die kwetsbaar zijn. De zorgaanbieder is verantwoordelijk voor de kwaliteit en veiligheid van de zorg voor cliënten.
De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) en de inspectie adviseren zorgaanbieders voor vrijwilligers die in direct contact staan met cliënten een VOG te vragen.
Het aanvragen van een VOG voor een vrijwilliger is vaak gratis. Zie voor meer informatie:
Bron: Ministerie VWS, https://www.igj.nl/publicaties/publicaties/2024/05/16/waarom-een-verklaring-omtrent-gedrag-vog-belangrijk-is